Keywords: DNS, bind, bind-4, bind-8, named, dialup, ppp, slip, isdn, Internet, domain, name, hosts, resolving, caching.
Dit document is een onderdeel van het Linux Documentation Project.
(C)opyright 1995-1999 Nicolai Langfeldt. Verander dit document niet zonder de copyrights te vermelden. Het document is vrij te kopiëren, maar houd rekening met het copyright dat erop zit.
Ik wil Arnt Gulbrandsen bedanken die de proefversies van dit document heeft doorgelezen en verbeterd, en enkele handige suggesties heeft gegeven. Ik wil ook de talrijke mensen bedanken die suggesties en tips mailden.
Dit document is nooit af. Als je fouten ziet of een verbetering weet mail dan even, dan kan de HOWTO beter worden. Zend commentaar en/of vragen of geld naar [email protected]. Als je email verzendt en je wilt een antwoord, zorg er dan voor dat het antwoordadres er duidelijk bijstaat en het ook doet. Anders moet je even de QnA sectie lezen voor je me mailt. Ik spreek Noors en Engels, dus mail in één van die twee talen.
Mail me als je deze HOWTO wilt vertalen. Ten eerste kan ik dan bijhouden in welke talen dit document is verschenen. Ten tweede kan ik je dan op de hoogte houden van nieuwe versies.
Deze HOWTO is opgedragen aan Anne Line Norheim Langfeldt. Ze zal het echter nooit lezen, omdat dit niet haar interessegebied is.
Wat is DNS?
DNS staat voor 'Domain Name System'. DNS vertaalt namen van computers
naar een IP adres. Elke computer op een netwerk heeft een uniek IP adres.
DNS converteert namen naar nummers en andersom. Deze conversie is niets
anders dan een "tabel" met een kolom namen (zoals ftp.linux.org
) en
een kolom adressen (zoals 199.249.150.4
).
DNS is voor de beginner (jij ;-) één van de minder doorzichtige aspecten van systeembeheer. Dit document tracht een aantal zaken op te helderen. Het beschrijft het opzetten van een simpele DNS server. Het begint met het configureren van een 'caching-only' DNS server, en behandelt vervolgens een 'primary' DNS server voor een domein. Voor complexere configuraties kan je bij het QnA gedeelte terecht. Als het daar nog niet wordt besproken zal je de Echte Documentatie moeten lezen. In het laatste hoofdstuk wordt naar deze Echte Documentatie verwezen.
Voordat je begint met DNS en BIND zal je eerst je machine zodanig moeten
configureren dat je er vanuit en naartoe kan telnetten. In elk geval
moet telnet 127.0.0.1
werken (test het nu!). Ook zal je reeds goede
/etc/host.conf
, /etc/hosts.conf
, en /etc/resolv.conf
moeten hebben; de werking van deze bestanden wordt niet in deze HOWTO
uitgelegd. Als deze basis van je netwerkconfiguratie nog niet goed is
ingesteld, lees dan eerst de NET-3/4-HOWTO.
Als in deze HOWTO verwezen wordt naar 'je machine', dan wordt de machine bedoeld waarop je DNS aan het configureren bent. Dus niet een andere machine die op het netwerk aanwezig is.
Ik neem aan dat je niet achter een firewall zit die DNS verkeer tegenhoudt. Als dat wel het geval is, kijk dan in de QnA sectie voor een oplossing.
De meest gebruikte nameserver software is named
. Dit programma is
onderdeel van "BIND", dat gemaakt wordt door het Internet Software Consortium
(www.isc.org
). Named is onderdeel van bijna elke Linux distributie en
staat gewoonlijk in /usr/sbin/named
. Als je het programma nog niet
hebt, kan je het downloaden van
ftp.isc.org:/isc/bind/src/cur/bind-8/. Deze HOWTO gaat over BIND
versie 8. De oude HOWTO, over BIND versie 4, is nog steeds beschikbaar op
http://www.math.uio.no/~janl/DNS/. Het versienummer is te controleren
in de named man pagina. Als onderaan bij de FILES sectie het bestand
named.conf
genoemd staat, dan is het versie 8. Als gesproken wordt over
named.boot
, dan is het versie 4. Als je versie 4 draait, is het onder
meer om beveiligingsredenen aan te raden naar versie 8 te upgraden.
DNS is een gedistribueerde database. Let dus op wat je erin zet. Als je er onzin in zet, dan krijg je er onzin uit en zullen ook anderen er last van hebben. Houd je DNS configuratie schoon en consistent, dan zal DNS erg nuttig zijn. Leer het te gebruiken, beheer het, debug het, en je zal bijdragen aan het voorkomen van mismanagement van het Internet.
In dit document wordt ter vereenvoudiging niet altijd de volledige waarheid verteld. Alles zal echter (waarschijnlijk ;) werken, als je doet wat in dit document beschreven staat.
Tip: Maak backups van alle bestanden die je wijzigt tijdens het testen van de DNS configuratie. Mocht het misgaan, dan kan je altijd nog de oude bestanden terugzetten.
Een eerste probeersel met DNS, erg bruikbaar voor inbelverbindingen
Een 'caching only' nameserver zoekt adressen bij andere nameservers. De volgende keer dat om het adres voor dezelfde machinenaam gevraagd wordt, heeft de nameserver het antwoord al in het geheugen staan. Dit betekent een behoorlijke tijdswinst, zeker op langzame verbindingen.
Eerst moet een bestand /etc/named.conf
aangemaakt worden. Dit
bestand wordt gelezen als de nameserver start. Voorlopig bevat dit bestand
alleen het volgende:
// Config file for caching only name server options { directory "/var/named"; // Uncommenting this might help if you have to go through a // firewall and things are not working out: // query-source port 53; }; zone "." { type hint; file "root.hints"; }; zone "0.0.127.in-addr.arpa" { type master; file "pz/127.0.0"; };
Named kan aan de directory
regel zien waar de configuratiebestanden
gezocht moeten worden. Elk bestand dat hierna in named.conf
voorkomt,
staat onder de directory die je opgeeft. In dit voorbeeld is pz
een
subdirectory van /var/named
, het is dus de directory
/var/named/pz
.
In het bovenstaande configuratiebestand wordt /var/named/root.hints
genoemd. /var/named/root.hints
moet het volgende bevatten:
; ; There might be opening comments here if you already have this file. ; If not don't worry. ; . 6D IN NS G.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS J.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS K.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS L.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS M.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS A.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS H.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS B.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS C.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS D.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS E.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS I.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS F.ROOT-SERVERS.NET. G.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.112.36.4 J.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 198.41.0.10 K.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 193.0.14.129 L.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 198.32.64.12 M.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 202.12.27.33 A.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 198.41.0.4 H.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 128.63.2.53 B.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 128.9.0.107 C.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.33.4.12 D.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 128.8.10.90 E.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.203.230.10 I.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.36.148.17 F.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.5.5.241
Dit bestand levert informatie over de root nameservers op deze wereld. Deze informatie kan mettertijd veranderen, en moet dus worden bijgehouden. Zie de sectie Onderhoud voor informatie over het bijhouden van dit bestand.
De volgende sectie van named.conf
is de laatste zone
. Het gebruik
hiervan wordt later uitgelegd. Voorlopig is het voldoende het volgende bestand
genaamd 127.0.0
in de subdirectory pz
te plaatsen:
@ IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 1 ; Serial 8H ; Refresh 2H ; Retry 1W ; Expire 1D) ; Minimum TTL NS ns.linux.bogus. 1 PTR localhost.
Vervolgens heb je ook nog een /etc/resolv.conf
nodig, dat er
ongeveer uitziet als:
search subdomain.your-domain.edu your-domain.edu nameserver 127.0.0.1
De `search
' regel geeft aan welke domeinen afgezocht moeten worden
naar machinenamen die je zoekt. De nameserver
regel bevat het IP adres
van de DNS server die gebruikt moet worden. In dit geval is dat je eigen
machine. De lokale machine zit altijd op IP adres 127.0.0.1
. Als je
meerdere nameservers wilt gebruiken, geef dan een aparte nameserver
regel
op voor elke DNS server die je wilt gebruiken. Named leest dit bestand
overigens nooit in. Dit bestand wordt alleen gebruikt door applicaties die een
IP adres opzoeken.
Een uitleg van dit bestand: Als een programma de naam foo
opzoekt,
dan wordt eerst foo.subdomain.your-domain.edu
geprobeerd, daarna
foo.your-domain.edu
, en tenslotte foo
. Als een programma het
IP adres van www.linux.org
zoekt dan wordt eerst
www.linux.org.subdomain.your-domain.edu
geprobeerd, vervolgens
www.linux.org.your-domain.edu
, en tenslotte www.linux.org
.
Het is vreemd, maar zo werkt het nu eenmaal. Het opzoeken van elke naam kost
tijd. Je moet dus niet al te veel domeinen in de search
regel opnemen.
Dit voorbeeld gaat ervan uit dat het domein subdomain.your-domain.edu
bestaat. Je eigen machine heet dan waarschijnlijk
your-machine.subdomain.your-domain.edu
. De search
regel moet
nooit een TLD (Top Level Domain, edu
in dit geval) bevatten. Als je vaak
machines in een ander domein bezoekt, kan je de volgende regel opnemen:
search subdomain.your-domain.edu your-domain.edu other-domain.com
Natuurlijk moet je deze regel aan je eigen situatie aanpassen. Merk op dat aan het eind van deze domains geen punt staat. Dit is belangrijk!
Vervolgens zal je, afhankelijk van je libc versie,
/etc/nsswitch.conf
of /etc/host.conf
aan moeten passen. Als je een
/etc/nsswitch.conf
bestand hebt, dan passen we dat aan. Anders passen
we /etc/host.conf
aan.
/etc/nsswitch.conf
/etc/nsswitch.conf
is een lang bestand waarin beschreven wordt
waar data vandaan gehaald moet worden. Bovenin staat bruikbaar commentaar wat
je zou moeten lezen. Zoek daarna de regel die begint met hosts:
. Daar
moet staan:
hosts: files dns
Als er geen hosts:
regel in staat, voeg dan bovenstaande regel toe.
De regel zorgt ervoor dat programma's eerst in /etc/hosts
kijken, en
dan pas de nameserver om een IP adres vragen.
/etc/host.conf
Dit bestand bevat waarschijnlijk meerdere regels. Eén van die regels
moet beginnen met 'order
', en moet er ongeveer als volgt uitzien:
order hosts,bind
Als deze regel er niet staat, maak er dan één aan. De regel
zorgt ervoor dat eerst in /etc/hosts
gekeken wordt, en dan pas de
nameserver gebruikt wordt.
Nu is het tijd om named te starten. Als je een inbelverbinding gebruikt,
bel dan eerst in. Type 'ndc start
' en tik enter. Als dat niet werkt, tik
dan /usr/sbin/ndc start
. Als het dan nog niet werkt, raadpleeg dan de
QnA sectie. Als je het bestand /var/log/messages
bekijkt tijdens het opstarten van named (bijvoorbeeld met het commando
"tail -f /var/log/messages
"), dan zie je iets als:
(regels die eindigen op "\" lopen door op de volgende regel)
Feb 15 01:26:17 roke named[6091]: starting. named 8.1.1 Sat Feb 14 \
00:18:20 MET 1998 ^[email protected]:/var/tmp/bind-8.1.1/src/bin/named
Feb 15 01:26:17 roke named[6091]: cache zone "" (IN) loaded (serial 0)
Feb 15 01:26:17 roke named[6091]: master zone "0.0.127.in-addr.arpa" \
(IN) loaded (serial 1)
Feb 15 01:26:17 roke named[6091]: listening [127.0.0.1].53 (lo)
Feb 15 01:26:17 roke named[6091]: listening [129.240.230.92].53 (ippp0)
Feb 15 01:26:17 roke named[6091]: Forwarding source address is [0.0.0.0].1040
Feb 15 01:26:17 roke named[6092]: Ready to answer queries.
Als er een foutmelding verschijnt, geeft named aan in welk bestand de fout
zit (named.conf
of root.hints
hoop ik ;-). Stop named, en controleer
de bestanden.
Nu is het zaakje klaar om getest te worden. Start nslookup om de configuratie te testen.
$ nslookup
Default Server: localhost
Address: 127.0.0.1
>
Als dit op het scherm verschijnt, dan werkt het. Hopen we. Als het nog niet
werkt, controleer alles dan nog eens. Altijd als named.conf
veranderd
wordt, moet je named herstarten met ndc restart
.
Nu kan je proberen een IP adres op te zoeken. Gebruik een computer die
dicht in de buurt staat. In mijn geval is dat par.uio.no
, op de
Universiteit van Oslo:
> pat.uio.no
Server: localhost
Address: 127.0.0.1
Name: pat.uio.no
Address: 129.240.130.16
nslookup gaf aan named de opdracht par.uio.no
op te zoeken. Het
ondervraagt vervolgens één van de nameservers die in
root.hints
genoemd staan. Het kan even duren voordat je antwoord krijgt,
omdat eerst gezocht wordt in elk domein dat in /etc/resolv.conf
genoemd staat.
Als je nogmaals dezelfde machine opzoekt krijg je dit:
> pat.uio.no
Server: localhost
Address: 127.0.0.1
Non-authoritative answer:
Name: pat.uio.no
Address: 129.240.2.50
Let op de regel 'Non-authoritative answer
'. Dat betekent dat named dit
keer niet het netwerk op is gegaan om een antwoord te zoeken, maar dat het
antwoord uit de cache komt. Deze melding wordt gegeven zodat je er rekening mee
kan houden dat de informatie inmiddels incorrect kan zijn. Dat je dit antwoord
gekregen hebt betekent in elk geval dat je caching-only nameserver werkt.
nslookup kan je verlaten door het commando exit
te tikken.
In grote netwerken wordt vaak gebruik gemaakt van "forwarders". Deze
machines verzorgen het opzoeken van een adres voor een andere machine. Dit
vermindert de belasting op het interne en externe netwerk. Door gebruik te
maken van zo'n forwarder worden de DNS lookups sneller, en ze genereren minder
netwerkverkeer. Vooral als je een modemverbinding hebt kan dit behoorlijk wat
schelen. Voor het voorbeeld nemen we aan dat je provider 2 nameservers heeft,
met de IP nummers 10.0.0.1
en 10.1.0.1
. In het named.conf
bestand moet bij de eerste sectie, "options", worden toegevoegd:
forward first; forwarders { 10.0.0.1; 10.1.0.1; };
Herstart named en test het met nslookup. Dit zou zonder problemen moeten werken.
Nu weet je hoe je een caching nameserver opzet. Neem een biertje, een glas melk, of wat dan ook om het te vieren!
Het opzetten van je eigen domein
Voordat we echt met deze sectie aan de slag gaan, behandel ik eerst wat
droge theorie met voorbeelden. Lees dit onderdeel, of neem het tenminste
vluchtig door. Als je het vluchtig doorneemt, pak de draad dan weer op bij het
gedeelte waar named.conf
aangepast wordt.
DNS is een hierarchisch systeem met een boom-structuur. De 'top' heet .
en
dit wordt 'root' genoemd. Onder .
zijn een aantal Top Level Domains
(TLD), waarvan de meest bekende COM
, NET
, ORG
, en EDU
zijn. Net als een boom begint de stuctuur ergens, en het breidt zich steeds
verder uit. Als je een informatica-achtergrond hebt, dan herken je in DNS een
'search tree' met knooppunten, eindpunten, en begrenzingen.
Als je een machinenaam opvraagt, begint de zoektocht in de top van de
hierarchie. Als je bijvoorbeeld prep.ai.mit.edu
zoekt dan moet je
nameserver de server vinden die het edu
domein verzorgt. Daarvoor
ondervraagt het een .
server. Van deze servers heeft de nameserver al het
adres, dat staat namelijk in het root.hints
bestand. De .
server
geeft een lijst van edu
servers:
$ nslookup
Default Server: localhost
Address: 127.0.0.1
Ondervraag een root server:
> server c.root-servers.net.
Default Server: c.root-servers.net
Address: 192.33.4.12
Zet het 'query type' op NS (Name Server gegevens):
> set q=ns
Vraag naar edu
:
> edu.
De .
achter edu
is erg belangrijk. Het vertelt nslookup
dat edu
onder .
zit, en niet onder een van onze `search' domeinen. Dit versnelt
het zoeken.
edu nameserver = A.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = H.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = B.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = C.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = D.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = E.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = I.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = F.ROOT-SERVERS.NET
edu nameserver = G.ROOT-SERVERS.NET
A.ROOT-SERVERS.NET internet address = 198.41.0.4
H.ROOT-SERVERS.NET internet address = 128.63.2.53
B.ROOT-SERVERS.NET internet address = 128.9.0.107
C.ROOT-SERVERS.NET internet address = 192.33.4.12
D.ROOT-SERVERS.NET internet address = 128.8.10.90
E.ROOT-SERVERS.NET internet address = 192.203.230.10
I.ROOT-SERVERS.NET internet address = 192.36.148.17
F.ROOT-SERVERS.NET internet address = 192.5.5.241
G.ROOT-SERVERS.NET internet address = 192.112.36.4
Dit vertelt ons dat alle ROOT-SERVERS.NET
vragen beantwoorden over
EDU
, dus we kunnen op dezelfde server blijven doorvragen. We blijven de
server C
ondervragen. Nu willen we weten wat de server is voor
mit.edu
:
> mit.edu.
Server: c.root-servers.net
Address: 192.33.4.12
Non-authoritative answer:
mit.edu nameserver = W20NS.mit.edu
mit.edu nameserver = BITSY.mit.edu
mit.edu nameserver = STRAWB.mit.edu
Authoritative answers can be found from:
W20NS.mit.edu internet address = 18.70.0.160
BITSY.mit.edu internet address = 18.72.0.3
STRAWB.mit.edu internet address = 18.71.0.151
strawb
, w20ns
en bitsy
zijn allemaal nameservers voor
mit.edu
. We kiezen hieruit een nameserver en gaan weer een stap verder,
naar ai.mit.edu
:
> server W20NS.mit.edu.
Het maakt niet uit of je hoofd- of kleine letters gebruikt in de servernaam. Maar ik gebruik m'n muis om te knippen en plakken zodat ik geen spelfouten maak.
Server: W20NS.mit.edu
Address: 18.70.0.160
> ai.mit.edu.
Server: W20NS.mit.edu
Address: 18.70.0.160
Non-authoritative answer:
ai.mit.edu nameserver = ALPHA-BITS.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = GRAPE-NUTS.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = TRIX.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = MUESLI.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = LIFE.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = BEET-CHEX.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = MINI-WHEATS.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = COUNT-CHOCULA.AI.MIT.EDU
ai.mit.edu nameserver = MINTAKA.LCS.MIT.EDU
Authoritative answers can be found from:
AI.MIT.EDU nameserver = ALPHA-BITS.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = GRAPE-NUTS.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = TRIX.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = MUESLI.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = LIFE.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = BEET-CHEX.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = MINI-WHEATS.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = COUNT-CHOCULA.AI.MIT.EDU
AI.MIT.EDU nameserver = MINTAKA.LCS.MIT.EDU
ALPHA-BITS.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.32.5
GRAPE-NUTS.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.36.4
TRIX.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.37.6
MUESLI.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.39.7
LIFE.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.32.80
BEET-CHEX.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.32.22
MINI-WHEATS.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.54.11
COUNT-CHOCULA.AI.MIT.EDU internet address = 128.52.38.22
MINTAKA.LCS.MIT.EDU internet address = 18.26.0.36
muesli.ai.mit.edu
is dus een nameserver voor ai.mit.edu
:
> server MUESLI.AI.MIT.EDU
Default Server: MUESLI.AI.MIT.EDU
Address: 128.52.39.7
Nu verander ik het query type. We hebben de nameserver gevonden, dus kunnen
nu kijken wat muesli
weet over prep.ai.mit.edu
.
> set q=any
> prep.ai.mit.edu.
Server: MUESLI.AI.MIT.EDU
Address: 128.52.39.7
prep.ai.mit.edu CPU = dec/decstation-5000.25 OS = unix
prep.ai.mit.edu
inet address = 18.159.0.42, protocol = tcp
ftp telnet smtp finger
prep.ai.mit.edu preference = 1, mail exchanger = gnu-life.ai.mit.edu
prep.ai.mit.edu internet address = 18.159.0.42
ai.mit.edu nameserver = beet-chex.ai.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = alpha-bits.ai.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = mini-wheats.ai.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = trix.ai.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = muesli.ai.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = count-chocula.ai.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = mintaka.lcs.mit.edu
ai.mit.edu nameserver = life.ai.mit.edu
gnu-life.ai.mit.edu internet address = 128.52.32.60
beet-chex.ai.mit.edu internet address = 128.52.32.22
alpha-bits.ai.mit.edu internet address = 128.52.32.5
mini-wheats.ai.mit.edu internet address = 128.52.54.11
trix.ai.mit.edu internet address = 128.52.37.6
muesli.ai.mit.edu internet address = 128.52.39.7
count-chocula.ai.mit.edu internet address = 128.52.38.22
mintaka.lcs.mit.edu internet address = 18.26.0.36
life.ai.mit.edu internet address = 128.52.32.80
We zijn gestart op .
en vonden nameservers voor elke laag van de
machinenaam. Als je eigen DNS server zo'n zoektocht zou ondernemen, zou het
gecached worden en voorlopig niet meer opgezocht hoeven worden.
In de boomstructuur is elke .
in de machinenaam een vertakking. En elk
woord dat tussen twee punten staat is een "tak" in de boomstructuur.
We zoeken steeds hoger in de boom, op zoek naar prep.ai.mit.edu
. We
beginnen bij .
en zoeken naar de eerstvolgende tak. In dit geval
edu
. Als we die hebben gevonden gaan we een stapje hoger, en komen bij de
edu
server. Daar kunnen we vragen naar het domein mit
. Als we die
tak hebben gevonden gaan we weer een stapje hoger en komen op mit.edu
.
Als we nog een stapje hoger zitten, komen we bij ai.mit.edu
en dan zijn
we bij de laatste nameserver beland. De laatste stap is het zoeken naar
prep.ai.mit.edu
. In informaticatermen zou je prep
een 'leaf', blad,
of eindpunt van de boom kunnen noemen.
Een domein waar minder over gesproken wordt, maar wat minstens net zo
belangrijk is, is het in-addr.arpa
domein. Dit domein heeft net als de
normale domeinen een boomstructuur. in-addr.arpa
maakt het mogelijk dat
een machinenaam opgezocht wordt, als je reeds het IP adres weet. Het is
belangrijk op te merken dat IP adressen in omgekeerde volgorde worden
genoteerd binnen het in-addr.arpa
domein. Als je het adres van een
machine hebt, bijvoorbeeld 192.128.52.43
, dan werkt named op dezelfde
manier als bij het prep.ai.mit.edu
voorbeeld: zoek de arpa.
servers.
Zoek vervolgens de in-addr.arpa.
servers, zoek 192.in-addr.arpa.
, zoek
128.192.in-addr.arpa.
, zoek 52.128.192.in-addr.arpa.
, zoek de
benodigde informatie voor 43.52.128.192.in-addr.arpa.
Handig, toch? (zeg 'ja'). Het omdraaien van de nummers kan echter verwarrend
zijn.
Wat ik net verteld heb is niet helemaal waar. DNS werkt niet precies zoals hierboven beschreven staat. Maar het komt aardig dicht in de buurt.
Nu ga je een eigen domein maken. We maken het domein linux.bogus
, en
zetten daar machines in. We gebruiken expres een domein dat niet bestaat,
zodat het geen conflict oplevert met echte domeinen.
Nog één ding voordat we beginnen: in machinenamen zijn niet
alle tekens toegestaan. We mogen alleen letters (a-z), cijfers (0-9) en het
minteken ('-') gebruiken. Gebruik dus alleen deze tekens. Hoofd- en kleine
letters zijn voor DNS hetzelfde, dus pat.uio.no
is hetzelfde als
Pat.UiO.No
.
We zijn eigenlijk al met dit onderdeel begonnen door de volgende regel in
named.conf
te plaatsen:
zone "0.0.127.in-addr.arpa" { type master; file "pz/127.0.0"; };
Merk op dat er geen .
staat aan het eind van de domeinnamen in dit
bestand. Dit zorgt ervoor dat, nu we de zone 0.0.127.in-addr.arpa
configureren, we de master server voor deze zone zijn en dat het in een
bestand staat genaamd pz/127.0.0
. We hebben dit bestand al
geconfigureerd, en er staat in:
@ IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 1 ; Serial 8H ; Refresh 2H ; Retry 1W ; Expire 1D) ; Minimum TTL NS ns.linux.bogus. 1 PTR localhost.
Let op de .
aan het eind van de volledige domeinnamen in dit bestand,
in tegenstelling tot het named.conf
bestand hierboven. Sommige mensen
beginnen elk zone bestand graag met een $ORIGIN
regel, maar dat is
overbodig. De oorsprong van een zone bestand (de plaats die het inneemt in de
DNS hierarchie) wordt gespecificeerd in het zone gedeelte van het
named.conf
bestand, in dit geval is het 0.0.127.in-addr.arpa
.
Dit zone bestand bevat drie 'Resource Records' (RR's). Een SOA RR, een NS
RR, en een PRT RR. SOA betekent Start Of Authority. De `@' is een notatie voor
`oorsprong' en omdat in named.conf
staat dat het domein voor dit bestand
0.0.127.in-addr.arpa is, staat er op de eerste regel eigenlijk:
0.0.127.in-addr.arpa. IN SOA ...
NS is de Name Server RR. Er staat geen '@' aan het begin van deze regel. Omdat de bovenstaande regel een '@' heeft staan, wordt verondersteld dat datzelfde ook bij deze regel hoort. Op de NS regel zou dus net zo goed kunnen staan:
0.0.127.in-addr.arpa. IN NS ns.linux.bogus
Deze regel vertelt DNS wat de nameserver is voor het domein
0.0.127.in-addr.arpa
, het is ns.linux.bogus
. 'ns' is een
veelgebruikte naam voor nameservers, net als 'www' dat is voor webservers.
Maar net zoals bij webservers mag je van de naam maken wat je wilt.
Tenslotte zegt het PTR record dat de machine op adres 1 in het subnet
0.0.127.in-addr.arpa
, ofwel 127.0.0.1, localhost
heet.
Alle zone bestanden beginnen met een SOA record, en er mag er
hoogstens 1 zijn in
een zone bestand. Het beschrijft de zone, zegt waar het vandaan komt (een
machine genaamd ns.linux.bogus
), wie verantwoorlijk is voor de inhoud
([email protected]
, vul je eigen email adres hier in), welk
versienummer van het zonebestand het is (hier: serienummer 1), en dingen die
te maken hebben met cachen en secundaire DNS servers. Gebruik voor de andere
velden (refresh, retry, expire, en minimum) de getallen die in deze HOWTO
gebruikt worden, dan zit je goed.
Herstart nu named met "ndc restart
" en gebruik nslookup om te kijken
wat je hebt gedaan:
$ nslookup
Default Server: localhost
Address: 127.0.0.1
> 127.0.0.1
Server: localhost
Address: 127.0.0.1
Name: localhost
Address: 127.0.0.1
named begrijpt dus dat 127.0.0.1 localhost
heet, goed zo. Nu het
belangrijke werk, het linux.bogus
domein. Voeg een zone sectie aan
named.conf
toe:
zone "linux.bogus" { notify no; type master; file "pz/linux.bogus"; };
Let weer op het ontbreken van .
aan het einde van de domein naam in het
named.conf
bestand.
In het linux.bogus
zone bestand zetten we wat zelfbedachte gegevens:
; ; Zone file for linux.bogus ; ; The full zone file ; @ IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 199802151 ; serial, todays date + todays serial # 8H ; refresh, seconds 2H ; retry, seconds 1W ; expire, seconds 1D ) ; minimum, seconds ; NS ns ; Inet Address of name server MX 10 mail.linux.bogus ; Primary Mail Exchanger MX 20 mail.friend.bogus. ; Secondary Mail Exchanger ; localhost A 127.0.0.1 ns A 192.168.196.2 mail A 192.168.196.4
We maken nog twee opmerkingen over het SOA record. ns.linux.bogus
moet
een bestaande machinenaam zijn met een A record. Het is niet voldoende om een
CNAME te hebben voor de machine die in het SOA record genoemd wordt. De naam
hoeft niet 'ns' te zijn, je mag elke naam gebruiken die je wilt. Vervolgens,
lees hostmaster.linux.bogus als '[email protected]'. Dit moet het email
adres zijn van de persoon die verantwoordelijk is voor de DNS configuratie.
Je mag zelf weten welk email adres je hier plaatst, maar hostmaster is een
adres dat veel gebruikt wordt.
Er is een nieuw type 'resource record' in dit bestand, het MX record of
Mail eXchanger RR. Mail servers kunnen hieraan zien dat mail voor
[email protected]
naar mail.linux.bogus
of mail.friend.bogus
gestuurd moet worden. Het nummer voor elke machinenaam is de prioriteit van de
MX records. De RR met het laagste nummer (10) is de machine waar mail heen
gestuurd moet worden, indien mogelijk. Als dat niet lukt wordt de mail
gestuurd naar een machine met een hoger nummer, in dit geval
mail.friend.bogus
, met prioriteit 20.
Herstart named weer door ndc restart
te draaien, en controleer het
resultaat met nslookup:
$ nslookup
> set q=any
> linux.bogus
Server: localhost
Address: 127.0.0.1
linux.bogus
origin = ns.linux.bogus
mail addr = hostmaster.linux.bogus
serial = 199802151
refresh = 28800 (8 hours)
retry = 7200 (2 hours)
expire = 604800 (7 days)
minimum ttl = 86400 (1 day)
linux.bogus nameserver = ns.linux.bogus
linux.bogus preference = 10, mail exchanger = mail.linux.bogus.linux.bogus
linux.bogus preference = 20, mail exchanger = mail.friend.bogus
linux.bogus nameserver = ns.linux.bogus
ns.linux.bogus internet address = 192.168.196.2
mail.linux.bogus internet address = 192.168.196.4
Als je goed kijkt zie je een bug. De regel:
linux.bogus preference = 10, mail exchanger = mail.linux.bogus.linux.bogus
is verkeerd. Er zou moeten staan:
linux.bogus preference = 10, mail exchanger = mail.linux.bogus
Ik heb expres deze fout gemaakt, zodat je ervan kan leren ;-). Als je in het zone bestand kijkt zie je dat de regel
MX 10 mail.linux.bogus ; Primary Mail Exchanger
een punt mist. Of er staat een ".linux.bogus" te veel. Als een machinenaam
niet met een punt eindigt, dan wordt de oorsprong eraan toegevoegd. In dit geval
wordt dat dus linux.bogus.linux.bogus
. De regel moet zijn:
MX 10 mail.linux.bogus. ; Primary Mail Exchanger
of:
MX 10 mail ; Primary Mail Exchanger
Ik geef de voorkeur aan de laatste regel, het is minder tikken. De meningen
verschillen over wat beter zou zijn. In een zone bestand moet het domein
voluit geschreven worden met een .
erachter, of het domein moet er niet
bijstaan. In het laatste geval wordt de oorsprong automatisch het domein.
Ik zeg hier nogmaals dat in het named.conf
bestand geen punten
achter domeinnamen moeten staan. Je hebt geen idee hoe vaak een simpele punt
voor een hoop problemen heeft gezorgd.
Hier volgt het nieuwe zone bestand, nu met wat extra informatie:
; ; Zone file for linux.bogus ; ; The full zone file ; @ IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 199802151 ; serial, todays date + todays serial # 8H ; refresh, seconds 2H ; retry, seconds 1W ; expire, seconds 1D ) ; minimum, seconds ; TXT "Linux.Bogus, your DNS consultants" NS ns ; Inet Address of name server NS ns.friend.bogus. MX 10 mail ; Primary Mail Exchanger MX 20 mail.friend.bogus. ; Secondary Mail Exchanger localhost A 127.0.0.1 gw A 192.168.196.1 HINFO "Cisco" "IOS" TXT "The router" ns A 192.168.196.2 MX 10 mail MX 20 mail.friend.bogus. HINFO "Pentium" "Linux 2.0" www CNAME ns donald A 192.168.196.3 MX 10 mail MX 20 mail.friend.bogus. HINFO "i486" "Linux 2.0" TXT "DEK" mail A 192.168.196.4 MX 10 mail MX 20 mail.friend.bogus. HINFO "386sx" "Linux 1.2" ftp A 192.168.196.5 MX 10 mail MX 20 mail.friend.bogus. HINFO "P6" "Linux 2.1.86"
Er zijn een aantal nieuwe RR's te zien. Het HINFO (Host INFOrmation) heeft twee gedeeltes. Het is een goede gewoonte om aanhalingstekens om beide gedeeltes te zetten. Het eerste deel beschrijft de hardware van de machine, en het tweede deel beschrijft de software. De machine 'ns' heeft een pentium en draait Linux 2.0. De tweede nieuwe RR is CNAME (Canonical NAME). Met CNAME kan je een alias voor een machine maken. In dit voorbeeld is www een alias voor ns.
Het gebruik van het CNAME record is een beetje controversieel. Hou je in elk geval aan de regel dat een MX, CNAME, of SOA record nooit naar een CNAME record mag verwijzen, het moet altijd naar een machine met een A record verwijzen. De volgende regel is dus fout:
foobar CNAME www ; NO!
Maar de volgende regel is goed:
foobar CNAME ns ; Yes!
Je kan er ook van uit gaan dat CNAME geen geldige machinenaam is voor een
email adres, [email protected]
is dus fout in dit voorbeeld.
Als je dit probleem wilt voorkomen, gebruik dan een A record, zoals:
www A 192.168.196.2
Sommige BIND experts adviseren het CNAME record helemaal niet te gebruiken. Maar het zou te ver gaan daar in deze HOWTO verder op in te gaan.
Maar zoals je ziet houdt deze HOWTO zich, net als een hoop domeinen, zich niet aan die regel.
Laat named z'n configuratiebestanden opnieuw inlezen met het commando ndc reload
$ nslookup
Default Server: localhost
Address: 127.0.0.1
> ls -d linux.bogus
Bovenstaand commando zegt dat alle records weergegeven moeten worden. Dit resulteert in:
[localhost]
$ORIGIN linux.bogus.
@ 1D IN SOA ns hostmaster (
199802151 ; serial
8H ; refresh
2H ; retry
1W ; expiry
1D ) ; minimum
1D IN NS ns
1D IN NS ns.friend.bogus.
1D IN TXT "Linux.Bogus, your DNS consultants"
1D IN MX 10 mail
1D IN MX 20 mail.friend.bogus.
gw 1D IN A 192.168.196.1
1D IN HINFO "Cisco" "IOS"
1D IN TXT "The router"
mail 1D IN A 192.168.196.4
1D IN MX 10 mail
1D IN MX 20 mail.friend.bogus.
1D IN HINFO "386sx" "Linux 1.0.9"
localhost 1D IN A 127.0.0.1
www 1D IN CNAME ns
donald 1D IN A 192.168.196.3
1D IN MX 10 mail
1D IN MX 20 mail.friend.bogus.
1D IN HINFO "i486" "Linux 1.2"
1D IN TXT "DEK"
ftp 1D IN A 192.168.196.5
1D IN MX 10 mail
1D IN MX 20 mail.friend.bogus.
1D IN HINFO "P6" "Linux 1.3.59"
ns 1D IN A 192.168.196.2
1D IN MX 10 mail
1D IN MX 20 mail.friend.bogus.
1D IN HINFO "Pentium" "Linux 1.2"
Dat ziet er goed uit. Je ziet dat het lijkt op het zone bestand zelf.
Laten we nu eens kijken wat er over www
alleen gezegd wordt:
> set q=any
> www.linux.bogus.
Server: localhost
Address: 127.0.0.1
www.linux.bogus canonical name = ns.linux.bogus
linux.bogus nameserver = ns.linux.bogus
linux.bogus nameserver = ns.friend.bogus
ns.linux.bogus internet address = 192.168.196.2
Hierin zie je dat www.linux.bogus
een alias is voor ns.linux.bogus
,
en het geeft voor programma's die een IP adres zoeken voldoende informatie
over ns.linux.bogus
om een verbinding met deze machine op te bouwen.
We zijn nu al halverwege!
Nu kunnen programma's de namen in linux.bogus vertalen naar IP nummers waarmee ze een verbinding kunnen opbouwen. Maar wat ook nodig is, is een `reverse zone', die DNS in staat stelt van een IP adres naar een machinenaam te converteren. Deze naam wordt door veel servers (WWW, FTP, IRC) gebruikt om te besluiten of je een verbinding mag opbouwen en welke prioriteit je krijgt. Als je volledig van het Internet gebruik wilt maken heb je een reverse zone nodig.
Plaats het volgende in named.conf
:
zone "196.168.192.in-addr.arpa" { notify no; type master; file "pz/192.168.196"; };
Dit is precies hetzelfde als met 0.0.127.in-addr.arpa
, en de inhoud
lijkt er ook op:
@ IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 199802151 ; Serial, todays date + todays serial 8H ; Refresh 2H ; Retry 1W ; Expire 1D) ; Minimum TTL NS ns.linux.bogus. 1 PTR gw.linux.bogus. 2 PTR ns.linux.bogus. 3 PTR donald.linux.bogus. 4 PTR mail.linux.bogus. 5 PTR ftp.linux.bogus.
Herstart named weer met ndc restart
en controleer het resultaat met
nslookup:
> 192.168.196.4 Server: localhost Address: 127.0.0.1 Name: mail.linux.bogus Address: 192.168.196.4
Het ziet er goed uit. Nu kunnen we alle informatie over het domein bekijken:
> ls -d 196.168.192.in-addr.arpa [localhost] $ORIGIN 196.168.192.in-addr.arpa. @ 1D IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 199802151 ; serial 8H ; refresh 2H ; retry 1W ; expiry 1D ) ; minimum 1D IN NS ns.linux.bogus. 1 1D IN PTR gw.linux.bogus. 2 1D IN PTR ns.linux.bogus. 3 1D IN PTR donald.linux.bogus. 4 1D IN PTR mail.linux.bogus. 5 1D IN PTR ftp.linux.bogus. @ 1D IN SOA ns.linux.bogus. hostmaster.linux.bogus. ( 199802151 ; serial 8H ; refresh 2H ; retry 1W ; expiry 1D ) ; minimum
Ziet er ook goed uit! Als je andere informatie op je scherm krijgt, zoek dan naar foutmeldingen in de syslog. Hoe dat gaat staat uitgelegd in het begin van dit hoofdstuk.
Er zijn een paar dingen waar je goed op moet letten. Ten eerste, de IP
nummers die in de voorbeelden gebruikt worden vallen binnen de verzameling
"prive adressen"; deze adressen mogen niet op het Internet gebruikt worden, en
zijn derhalve uitermate geschikt om te gebruiken in de voorbeelden in deze
HOWTO. De tweede opmerking gaat over de notify no;
regel. Deze regel
vertelt named dat de secondary name servers niet op de hoogte gesteld moeten
worden van de veranderingen. Als we dat wel zouden doen bij deze experimenten,
dan zouden we daarmee alleen maar het Internet vervuilen.
En natuurlijk is het door ons gemaakte domein nep, net als de IP adressen. Voor een voorbeeld van een echt domein, zie het volgende hoofdstuk.
Er zijn een aantal dingen die bij normale machinenaam lookups wel werken, en bij reverse lookups niet. Hieronder staat een uitleg en oplossing van deze zaken, maar eerst moet je zorgen dat de reverse lookups op je eigen machine werken. Als dat nog niet zo is, repareer dat en lees daarna verder.
Er zullen twee problemen met reverse lokups worden besproken:
Als je van een ISP een reeks IP adressen krijgt en een domein naam, dan is dat domein gewoonlijk gemachtigd nameserver informatie te verstekken aan computers die daarom vragen. Die machtiging bestaat uit een NS record dat vertelt dat de nameserver informatie over jouw domein op jouw nameserver gevonden kan worden. Deze methode van recursief machinenamen opzoeken staat hierboven beschreven, in de sectie "droge theorie".
De reverse zone moet ook gemachtigd worden. Als je de 192.168.196
netwerkadressen en het linux.bogus
domein hebt gekregen, dan moet je
provider ook
NS
records hebben voor je reverse zone en je forward zone. Als je de boom
langsloopt van in-addr.arpa
en bij je eigen domein probeert te komen,
bestaat de kans dat er ergens iets niet werkt. Dat zal dan waarschijnlijk bij
je ISP zijn. Neem in dat geval contact met je ISP op zodat ze een goed NS
record aan kunnen maken.
Door gebrek aan IP nummers worden er regelmatig subnets uitgedeeld die kleiner zijn dan een class C netwerk (256 adressen). Zo'n netwerk heet een classless netwerk. Deze kleine subnets maken het mogelijk dat het Internet nog steeds draait. Bij subnets kleiner dan een class C netwerk, kunnen er problemen optreden. Deze problemen met de oplossingen staan beschreven bij Ask Mr. DNS, op http://www.acmebw.com/askmrdns/00007.htm.
Het probleem ligt iets te ingewikkeld om hier te behandelen, dus lees de `Mr. DNS' pagina goed door, en zorg dat je het begrijpt. Het kan gebeuren dat je ISP het probleem niet begrijpt. Dan zal je het dus moeten uitleggen, zodat ze toch een goede configuratie kunnen neerzetten die je vervolgens met nslookup kan testen.
De Mr. DNS uitleg van het probleem bespreekt o.a. een CNAME
truuk en
een truuk met het zone bestand. Niet elke resolver begrijpt deze CNAME
truuk echter. Als je daar problemen mee krijgt, vraag je provider dan een PTR
record rechtstreeks in het getruukte zone bestand te zetten in plaats van de
CNAME
truuk te gebruiken. Sommige ISP's hebben andere oplossingen voor
dit probleem zoals een websysteem voor het bewerken van `reverse mappings'.
In dit hoofdstuk laten we eindelijk wat echte zone bestanden zien.
Gebruikers van deze HOWTO vroegen om voorbeelden van een echt zone bestand. Het bestand dat hier gebruikt wordt is gemaakt door David Bullock van LAND-5, met wat aanpassingen van mezelf. Wat je hier ziet kan dus iets verschillen van de informatie die je krijgt als je met nslookup de LAND-5 nameservers ondervraagt.
Hieronder staat de zone informatie voor LAND-5's subnet, 206.6.177
,
en de 'reverse zones'. Merk op dat de bestanden niet in een directory pz
geplaatst worden zoals dat in deze HOWTO gebeurt, maar dat de directory
zone
heet.
// Boot file for LAND-5 name server options { directory "/var/named"; }; zone "." { type hint; file "root.hints"; }; zone "0.0.127.in-addr.arpa" { type master; file "zone/127.0.0"; }; zone "land-5.com" { type master; file "zone/land-5.com"; }; zone "177.6.206.in-addr.arpa" { type master; file "zone/206.6.177"; };
Als je dit in je named.conf
bestand plaats, zet als *alsjeblieft*
`notify no;
' in de zone secties voor de twee LAND-5
zones om
ongelukken te voorkomen.
Het bestand hieronder is inmiddels verouderd. Je zal dus zelf een nieuwe
versie aan moeten maken. Het aanmaken van een root.hints
bestand wordt
verderop in deze HOWTO beschreven.
; <<>> DiG 8.1 <<>> @A.ROOT-SERVERS.NET. ; (1 server found) ;; res options: init recurs defnam dnsrch ;; got answer: ;; ->>HEADER<<- opcode: QUERY, status: NOERROR, id: 10 ;; flags: qr aa rd; QUERY: 1, ANSWER: 13, AUTHORITY: 0, ADDITIONAL: 13 ;; QUERY SECTION: ;; ., type = NS, class = IN ;; ANSWER SECTION: . 6D IN NS G.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS J.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS K.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS L.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS M.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS A.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS H.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS B.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS C.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS D.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS E.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS I.ROOT-SERVERS.NET. . 6D IN NS F.ROOT-SERVERS.NET. ;; ADDITIONAL SECTION: G.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.112.36.4 J.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 198.41.0.10 K.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 193.0.14.129 L.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 198.32.64.12 M.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 202.12.27.33 A.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 198.41.0.4 H.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 128.63.2.53 B.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 128.9.0.107 C.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.33.4.12 D.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 128.8.10.90 E.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.203.230.10 I.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.36.148.17 F.ROOT-SERVERS.NET. 5w6d16h IN A 192.5.5.241 ;; Total query time: 215 msec ;; FROM: roke.uio.no to SERVER: A.ROOT-SERVERS.NET. 198.41.0.4 ;; WHEN: Sun Feb 15 01:22:51 1998 ;; MSG SIZE sent: 17 rcvd: 436
In dit bestand staat niet bijzonders, alleen het verplichte SOA record en een record dat 127.0.0.1 laat verwijzen naar de lokale machine. Ook dit laatste is verplicht. In dit bestand hoeft verder niets te staan. Ook zal het nooit aangepast hoeven worden, tenzij het adres van je nameserver of hostmaster verandert.
@ IN SOA land-5.com. root.land-5.com. ( 199609203 ; Serial 28800 ; Refresh 7200 ; Retry 604800 ; Expire 86400) ; Minimum TTL NS land-5.com. 1 PTR localhost.
In dit bestand zien we het verplichte SOA record en de benodigde NS
records. We kunnen zien dat er een secundaire nameserver aanwezig is op
ns2.psi.net
. Dit is ook zoals het zou moeten zijn; neem altijd een
secundaire nameserver in een ander netwerk. Als je netwerk platligt is je
secundaire DNS server nog steeds beschikbaar. We zien ook dat er een centrale
server is genaamd land-5
, die verschillende Internet servers draait. Naar
deze machine wordt verwezen met CNAME
records, dit zou je ook met A
records kunnen doen.
Zoals je in het SOA record kan zien, is de oorsprong van dit zone bestand
land-5.com
en is de contactpersoon [email protected]
. In plaats van
root
wordt ook het adres hostmaster
vaak hiervoor gebruikt. Het
serienummer is in het JJJJMMDDS formaat: de datum en het serienummer van de
dag. Dit bestand is waarschijnlijk de zesde versie van 9 september 1996.
Onthoud dat het serienummer altijd hoger moet zijn dat het vorige
serienummer. Hier wordt slechts 1 cijfer gebruikt voor het serienummer van de
dag. Als er op een dag 9 versies worden gemaakt, moet hij weer wachten tot de
volgende dag voordat nieuwe versies kunnen worden gemaakt. Om dit te voorkomen
zou je twee getallen kunnen gebruiken voor het serienummer.
@ IN SOA land-5.com. root.land-5.com. ( 199609206 ; serial, todays date + todays serial # 8H ; refresh, seconds 2H ; retry, seconds 1W ; expire, seconds 1D ) ; minimum, seconds NS land-5.com. NS ns2.psi.net. MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Exchanger TXT "LAND-5 Corporation" localhost A 127.0.0.1 router A 206.6.177.1 land-5.com. A 206.6.177.2 ns A 206.6.177.3 www A 207.159.141.192 ftp CNAME land-5.com. mail CNAME land-5.com. news CNAME land-5.com. funn A 206.6.177.2 ; ; Workstations ; ws-177200 A 206.6.177.200 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177201 A 206.6.177.201 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177202 A 206.6.177.202 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177203 A 206.6.177.203 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177204 A 206.6.177.204 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177205 A 206.6.177.205 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ; {Many repetitive definitions deleted - SNIP} ws-177250 A 206.6.177.250 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177251 A 206.6.177.251 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177252 A 206.6.177.252 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177253 A 206.6.177.253 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host ws-177254 A 206.6.177.254 MX 10 land-5.com. ; Primary Mail Host
Als je goed naar de land-5 nameserver kijkt, zie je dat de namen van de
vorm ws_
nummer zijn. In nieuwere versies mag het underscoreteken
niet gebruikt worden, daarom is dat hier vervangen door een minteken.
Iets anders dat het opmerken waard is, is dat de werkstations geen individuele namen hebben, maar dat de laatste twee getallen van het IP adres gebruikt worden om unieke namen te maken. Dit vereenvoudigt de administratie, maar is een beetje onpersoonlijk. Het kan zijn dat gebruikers dit soort namen niet op prijs stellen.
We zien ook dat funn.land-5.com
een alias is voor land-5.com
,
maar hier wordt gebruik gemaakt van een A
record in plaats van een
CNAME
record. Zoals eerder opgemerkt is, is dat een goed gebruik.
Onderstaand bestand zal in deze sectie besproken worden.
@ IN SOA land-5.com. root.land-5.com. ( 199609206 ; Serial 28800 ; Refresh 7200 ; Retry 604800 ; Expire 86400) ; Minimum TTL NS land-5.com. NS ns2.psi.net. ; ; Servers ; 1 PTR router.land-5.com. 2 PTR land-5.com. 2 PTR funn.land-5.com. ; ; Workstations ; 200 PTR ws-177200.land-5.com. 201 PTR ws-177201.land-5.com. 202 PTR ws-177202.land-5.com. 203 PTR ws-177203.land-5.com. 204 PTR ws-177204.land-5.com. 205 PTR ws-177205.land-5.com. ; {Many repetitive definitions deleted - SNIP} 250 PTR ws-177250.land-5.com. 251 PTR ws-177251.land-5.com. 252 PTR ws-177252.land-5.com. 253 PTR ws-177253.land-5.com. 254 PTR ws-177254.land-5.com.
De reverse zone is het deel van de DNS configuratie dat het meeste
problemen oplevert. Het wordt gebruikt om erachter te komen welke machinenaam
bij een IP adres hoort. Voorbeeld: Stel dat een Noorse IRC server alleen
verbindingen wil accepteren van Noorse IRC clients. De irc server kan er
makkelijk achter komen wat het IP adres van de client is. Dit IP adres zit
namelijk in elk IP pakket dat de client stuurt. Nu wil de server weten welke
machinenaam bij dit IP adres hoort. De server roept dan de functie
gethostbyaddr aan. Deze functie zoekt vervolgens 200.177.6.206.in-addr.arpa
op door te beginnen bij een .
server, en steeds een niveau verder te
gaan. Deze methode staat beschreven in de sectie "droge theorie". De
nameserver voor 177.6.206.in-addr.arpa
heeft een 'PTR
ws-177200.land-5.com
' record voor 200.177.6.206.in-addr.arpa
, wat
betekent dat bij 206.6.177.200
de machinenaam ws-177200.land-5.com
hoort. Zoals eerder gezegd klopt deze uitleg niet helemaal, maar het komt
aardig in de buurt van de werkelijkheid.
Even terug naar het voorbeeld van de IRC server. De IRC server accepteert
alleen connecties van Noorse clients. Door de reverse lookup weet de server
dat het verzoek afkomstig is van ws-177200.land-5.com
. Omdat alleen
verbindingen vanaf .no
machines zijn toegestaan, zal de verbinding in dit
geval niet opgebouwd worden. Als de reverse lookup zou falen, zou er helemaal
geen hostname gevonden worden, en wordt er ook geen verbinding gemaakt.
Sommige mensen zeggen dat reverse lookups alleen belangrijk zijn voor
servers, of dat ze helemaal niet belangrijk zijn. Dat is niet waar. Sommige
ftp, news, IRC of zelfs HTTP servers accepteren geen connecties van een
machine als er geen machinenaam gevonden kan worden. Reverse lookups zijn dus
zelfs verplicht
.
Alles aan de praat houden
Er is een onderhoudstaak aan DNS servers, namelijk het up-to-date houden
van het root.hints
bestand. De makkelijkste manier om dat te doen is met
het programma dig
. Draai dig
zonder opties, en je krijgt het
root.hints
bestand van je eigen server. Als je een rootserver
ondervraagt met dig, is het resultaat te gebruiken als root.hints
bestand. Het commando "dig @e.root-servers.net . ns >root.hints.new
)"
levert een nieuw hints bestand. Hernoem het bestand root.hints.new
naar
root.hints
en laat named het bestand opnieuw inlezen met ndc reload
.
Al Longyear heeft me onderstaand script gemaild, dat gebruikt kan worden om
root.hints
automatisch te laten updaten. Het script gaat er van uit dat
mail lokaal werkt en dat het adres hostmaster
op de lokale machine
bestaat. Pas het script eventueel aan zodat het werkt met de configuratie van
jouw machine.
#!/bin/sh # # Update the nameserver cache information file once per month. # This is run automatically by a cron entry. # # Original by Al Longyear # Updated for bind 8 by Nicolai Langfeldt # Miscelanious error-conditions reported by David A. Ranch # Ping test suggested by Martin Foster # ( echo "To: hostmaster <hostmaster>" echo "From: system <root>" echo "Subject: Automatic update of the root.hints file" echo PATH=/sbin:/usr/sbin:/bin:/usr/bin: export PATH cd /var/named # Are we online? Ping a server at your ISP case `ping -qnc 10 some.machine.net` in *'100% packet loss'*) echo "The network is DOWN. root.hints NOT updated" echo exit 0 ;; esac dig @rs.internic.net . ns >root.hints.new 2>&1 case `cat root.hints.new` in *NOERROR*) # It worked :;; *) echo "The root.hints file update has FAILED." echo "This is the dig output reported:" echo cat root.hints.new exit 0 ;; esac echo "The root.hints file has been updated to contain the following information:" echo cat root.hints.new chown root.root root.hints.new chmod 444 root.hints.new rm -f root.hints.old mv root.hints root.hints.old mv root.hints.new root.hints ndc restart echo echo "The nameserver has been restarted to ensure that the update is complete." echo "The previous root.hints file is now called /var/named/root.hints.old." ) 2>&1 | /usr/lib/sendmail -t exit 0
Misschien heb je al gezien dat het root.hints
bestand ook via ftp
beschikbaar is via Internic. Gebruik geen ftp om dit bestand op te halen.
Bovenstaand script is beter voor Internic en voor het Internet als geheel.
Oorspronkelijk was dit een sectie over het gebruik van BIND 8, door David E. Smith ([email protected]). Het is iets aangepast, zodat de sectie beter bij bovenstaande titel past.
Eigenlijk is het heel eenvoudig. Behalve het gebruik van named.conf
in
plaats van named.boot
is er weinig veranderd. Bij BIND 8 zit
een perl script dat de oude naar de nieuwe configuratiebestanden converteert.
Een voorbeeld van een named.boot
(van BIND 4) bestand voor een
caching-only nameserver:
directory /var/named cache . root.hints primary 0.0.127.IN-ADDR.ARPA 127.0.0.zone primary localhost localhost.zone
Ergens op je systeem staat het named-bootconf.pl
script. In de BIND8
source distributie staat dit in: bind8/src/bin/named
. Om het bestand
te converteren, tik:
./named-bootconf.pl < named.boot > named.conf
Hiermee wordt named.conf
aangemaakt:
// generated by named-bootconf.pl options { directory "/var/named"; }; zone "." { type hint; file "root.hints"; }; zone "0.0.127.IN-ADDR.ARPA" { type master; file "127.0.0.zone"; }; zone "localhost" { type master; file "localhost.zone"; };
Het script converteert alles dat in een named.boot
bestand kan staan,
maar voegt er niet alle verbeteringen aan toe die in BIND8 te gebruiken zijn.
Hieronder volgt een complete named.conf
die hetzelfde doet, maar wat
efficiënter werkt:
// This is a configuration file for named (from BIND 8.1 or later). // It would normally be installed as /etc/named.conf. // The only change made from the `stock' named.conf (aside from this // comment :) is that the directory line was uncommented, since I // already had the zone files in /var/named. options { directory "/var/named"; datasize 20M; }; zone "localhost" IN { type master; file "localhost.zone"; }; zone "0.0.127.in-addr.arpa" IN { type master; file "127.0.0.zone"; }; zone "." IN { type hint; file "root.hints"; };
Dit bestand kan je vinden in bind8/src/bin/named/test
van de BIND8
distributie, samen met zone bestanden die voor de meeste mensen zonder
aanpassing te gebruiken zijn.
Het formaat van zone bestanden en het root.hints
bestand zijn
identiek, net als de commando's die gebruikt worden om deze bestanden bij te
werken.
Lees deze sectie voordat je me een mailtje stuurt.
named.boot
bestand.
Je leest de verkeerde HOWTO. Lees de DNS howto die over BIND 4 gaat, en te
vinden is op
http://www.math.uio.no/~janl/DNS/forward only;
, je hebt waarschijnlijk ook de regel:
query-source port 53;
named.conf
bestand, zoals
beschreven staat in de sectie '
caching'.www.drukke.site
) uitdeelt, zodat ik
de load over meerdere machines kan uitspreiden?
Maak meerdere A
records voor www.drukke.site
en gebruik BIND
4.9.3 of een nieuwere versie. BIND zal dan de adressen "roteren". Deze truuk
werkt niet met eerdere versies van BIND.root.hints
bestand, en gebruik alleen de
zone bestanden. Op deze manier hoef je ook niet steeds nieuwe root.hints
bestanden op te halen.127.0.0.1
heeft, zet dan het
volgende in het named.conf
bestand van je secundaire nameserver:
zone "linux.bogus" { type slave; file "sz/linux.bogus"; masters { 127.0.0.1; }; };
masters
regel. De
adressen van de machines moeten gescheiden worden met een ';'.
Ik draai zelf named op m'n masquerading machine. Ik heb twee <tt/root.hints/
bestanden, <tt/root.hints.real/ met de echte rootnameserver informatie en
<tt/root.hints.fake/ met de volgende inhoud:
----
; root.hints.fake
; this file contains no information
----
Als ik de internet verbinding verbreek zet ik de inhoud van
<tt/root.hints.fake/ in <tt/root.hints/ en herstart ik named. Als ik weer
verbinding maak, zet ik de inhoud van <tt/root.hints.real/ in <tt/root.hints/
en herstart ik named. Deze commando's staan respectievelijk in m'n
<tt/ip-down/ en <tt/ip-up/ scripts.
De eerste keer dat ik een IP adres opzoek als ik offline gegaan ben, komt de
volgende regel in /var/log/messages te staan:
Jan 28 20:10:11 hazchem named[10147]: No root nameserver for class IN
En daar valt mee te leven.
Deze methode werkt goed bij mij. Ik kan de nameserver voor lokale adressen
gebruiken als ik off-line ben zonder de lange timeouts voor adressen buiten
het lokale netwerk. En als ik online ben kunnen adressen buiten het lokale
netwerk gewoon gevonden worden.
Ik draai BIND op al m'n machines die alleen af en toe verbonden zijn met het
Internet via een modem. De nameserver werkt alleen als cache, het bevat zelf
geen gegevens die niet ergens anders vandaan gehaald zijn. Zoals gebruikelijk
in Slackware startte named voor nfsd en mountd.
Met één van m'n machines had ik het probleem dat ik hem soms kon
mounten vanaf een ander systeem, maar meestal niet. Het maakte geen verschil
of ik nu via PLIP, ethernet, of SLIP verbinding had gemaakt.
Na een tijdje experimenteren kwam ik erachter dat named een conflict
veroorzaakte met het communicatieproces tussen nsfd en de portmapper en tussen
mountd en de portmapper. Als ik named na nfsd en mountd startte, was er geen
probleem.
Omdat deze volgorde geen nadelen heeft, raad ik iedereen aan in deze volgorde
te booten, om zo problemen te voorkomen.
nooit
naar disk
geschreven. Elke keer dat je named stopt gaat de cache verloren. De grootte
van de cache is niet aan te passen. Als je dit toch wilt, zal je named
moeten hacken. Dit is niet aan te raden.linux-rules.net
wil hebben, hoe zorg ik dan dat het aan mij toegewezen wordt?
Neem contact op met je ISP, zij zullen je hiermee kunnen helpen. Hou er
wel rekening mee dat je zal moeten betalen voor het domein.Documentatie en tools
Er bestaat ook Echte Documentatie over dit onderwerp, online en in boeken. Je zal dit zeker moeten lezen wil je meer verstand krijgen van DNS. Het standaard boek over DNS is DNS and BIND door C. Liu and P. Albitz van de uitgeverij O'Reilly & Associates. ISBN 0-937175-82-X. Ik heb het gelezen, en het is erg goed. Het is gebaseerd op BIND4, maar dat is niet echt een probleem. Er is ook een sectie over DNS in het boek TCP/IP Network Administration, ISBN 0-937175-82-X, van Craig Hunt.
Online kan je informatie vinden op http://www.dns.net/dnsrd/ (DNS Resources Directory) en http://www.isc.org/bind.html; een FAQ, een naslagwerk, definities van protocollen en DNS hacks (deze zijn ook, samen met de relevante protocollen die hieronder genoemd staan bij de BIND distributie ingesloten). Ik heb het grootste deel hiervan niet gelezen, maar ik ben dan ook geen ervaren DNS beheerder. Arnt Gulbrandsen is dat wel, en hij vindt ze fantastisch ;-). De nieuwsgroep comp.protocols.tcp-ip.domains gaat over DNS. Verder zijn er een aantal RFC's over DNS, waarvan de belangrijkste zijn:
A. Gulbrandsen, P. Vixie, A DNS RR for specifying the location of services (DNS SRV), October 1996
Y. Rekhter, R. Moskowitz, D. Karrenberg, G. de Groot, E. Lear, Address Allocation for Private Internets, 02/29/1996.
D. Barr, Common DNS Operational and Configuration Errors, 02/28/1996.
B. Barr Errors in RFC 1912, this is available at http://www.cis.ohio-state.edu/~barr/rfc1912-errors.html
A. Romao, Tools for DNS debugging, 11/03/1994.
C. Farrell, M. Schulze, S. Pleitner, D. Baldoni, DNS Encoding of Geographical Location, 11/01/1994.
R. Ullmann, P. Mockapetris, L. Mamakos, C. Everhart, New DNS RR Definitions, 10/08/1990.
P. Mockapetris, Domain names - implementation and specification, 11/01/1987.
P. Mockapetris, Domain names - concepts and facilities, 11/01/1987.
M. Lottor, Domain administrators operations guide, 11/01/1987.
M. Stahl, Domain administrators guide, 11/01/1987.
C. Partridge, Mail routing and the domain system, 01/01/1986.