[email protected]
[email protected]
``Red Hat Tips'' bestaat uit documentatie bedoeld om RedHat gebruikers met bepaalde taken te helpen. Enkele van deze documenten zijn voor beginnende gebruikers, anderen zijn voor gevorderde gebruikers. Als je een bijdrage wilt leveren, zend die dan naar [email protected]. Als je veranderingen hebt voor een individueel Tips document, zend die dan naar de auteur van dat document.
Dit document beschrijft hoe je je netwerk moet instellen op een Redhat 6.x machine zonder gebruik van het control-panel, en zonder het simpel neerzetten van de gewenste
ifconfig
route
Wat niet in dit document wordt beschreven, zijn de concepten achter het opzetten van een netwerk. Ik leg niet uit hoe je er achter komt welk netmask je moet hebben, of hoe je achter de beste MTU voor je PPP-setup kunt komen. Er is al genoeg goede informatie over deze onderwerpen.
De items die hierin worden opgesomd bestaan uit variabelen die in de verschillende bestanden onder /etc/sysconfig en /etc/sysconfig/network-scripts moeten worden geplaatst. In elke sectie heb ik aangegeven naar welke bestanden ik refereer. De source van de bestanden wordt ingelezen door de bash shell, dus om bijvoorbeeld het IP-nummer van een interface in te stellen, zou je de volgende regel in het van toepassing zijnde bestand zetten:
IPADDR="192.168.0.1"
Veel variabelen in dit document volgen met `(y/n)'. Dit betekent dat je yes of no in moet vullen. Het script kijkt naar een exacte yes, dus y, Y, of iets anders dan dat zal niet werken, alleen yes.
/etc/sysconfig/network
De meeste configuratie files die RedHat Linux gebruikt zijn hetzelfde als
die in andere distributies, zoals,
/etc/hosts
/etc/resolv.conf
/etc/sysconfig/network
Wil je netwerk service of niet.
De volledige hostname, net als de uitvoer van
hostname
De domeinnaam voor de machine.
IP-adres van de standaardgateway, als die er is.
Het device dat gebruikt wordt om bij de gateway te komen.
/etc/sysconfig/static-routes
Voor het instellen van static routes, naar netwerken of hosts. Onthoud
dat je geen route naar de gateway moet maken, of naar het netwerk waar
elk device aan is gekoppeld, aangezien dat al door de diverse scripts wordt
afgehandeld.
Elke regel van de static-routes
files hebben hetzelfde formaat:
device args
Als een netwerkdevice actief is gemaakt, zal elke regel over dat
device door route
gaan:
route add -args device
Bijvoorbeeld, de volgende regel:
eth1 net 192.168.0.0
zorgt ervoor dat de volgende route wordt toegevoegd aan eth1
als het interface actief is gemaakt:
route add -net 192.168.0.0 eth1
/etc/sysconfig/network-scripts/ifcfg-*
Voor elke interface, is er een corresponderend bestand in
/etc/sysconfig/network-scripts
. De file is genaamd
ifcfg-DEV
, waar DEV staat, komt de naam
van het netwerkdevice, bijvoorbeeld eth0
, ppp0
, of
eth0:1
. Je kunt een netwerkinterface als root starten en
stoppen met de volgende commando's in
/etc/sysconfig/network-scripts
:
ifup ifcfg-DEV
ifdown ifcfg-DEV
Dit kan ook vanuit iedere plaats op het systeem gedaan worden met de volgende commando's:
ifup DEV
Voor het eerste ethernet device op het systeem zou het commando er als volgt uitzien:
ifup eth0
De naam van het netwerk device dat je achter ifconfig
opgeeft,
b.v., eth0
, ppp0
, enz.
Aliassen werken ook, b.v., eth0:0
.
Het IP-adres dat aan deze interface zal worden toegekend.
Netmask voor deze interface.
Adres voor het netwerk waar het interface aan vastzit.
Broadcast adres van deze interface.
Vul `y' in als het device bij het booten moet worden geactiveerd.
Als je PCMCIA gebruikt, vul dan `yes' in.
Gebruik één van deze:
bootp
Gebruik BOOTP om het device te configureren.
dhcp
Gebruik DHCP om het device te configureren.
none
Gebruik geen boot protocol om dit device te configureren.
/etc/sysconfig/network-scripts/ifcfg-ppp*
Er zijn een paar variabelen voor PPP-devices die nergens anders op van
toepassing zijn.
Kijk in de handleiding van pppd
voor meer informatie over de
volgende variabelen.
De tijd van niets doen
voordat de computer de verbinding verbreekt.
De tijd die moet worden gewacht voordat het na een niet succesvolle verbindingspoging opnieuw zal worden geprobeerd.
Device naam van het modem b.v: /dev/ttyS0
of /dev/modem
.
Baudrate van de connectie.
Als je yes
invult, dan blijft pppd elke keer weer opnieuw inbellen,
als de link down gaat. Als je no
invult, dan voert het script pppd,
maar 1 maal uit, ongeacht of de connectie gelukt is of niet.
Andere speciale opties voor pppd
zonder die hieronder.
De volgende paar variabelen zijn voor het toevoegen van de meer gewone
opties van pppd
. Ze worden aaneengeschakeld in de volgorde
zoals ze hier verschijnen, niet in de volgorde dat je ze plaatst in het
ifcfg
file. Achter elke variabele staan de opties die aan
pppd
worden doorgegeven.
modem crtscts
asyncmap 00000000
defaultroute
mru $MRU
mtu $MTU
$IPADDR:$REMIP
name $PAPNAME
Zoals ik al zei, is er al goede documentatie over netwerken. Je kunt beginnen met de Linux HOWTO's en andere documenten vanaf het Linux Documentation Project. In het bijzonder zijn de volgende documenten nuttig:
Voor het configureren van PCMCIA devices, zul je al een PCMCIA-HOWTO
moeten hebben geïnstalleerd onder /usr/doc/
. En vergeet
vooral niet te kijken in de boekwinkel!
Dit document valt onder het Copyright (C) 1999 van de auteur. Herverzending van dit document is toegestaan zolang als de inhoud volledig intact en onveranderd blijft. Met andere woorden, je mag het alleen herformatteren, opnieuw afdrukken of herdistribueren.